Tiffany verwijst naar de techniek van glas-in-koperfolie, die de Amerikaan Louis Comfort Tiffany ontwikkelde om stukjes glas te verbinden. Hij vatte de randen van ieder stukje glas in koperfolie en soldeerde ze vervolgens aan elkaar. De studio die hij eind 19e eeuw oprichtte, maakte allerlei toegepaste kunstvoorwerpen, waarvan de de lampen met motieven uit de natuur het bekendst zijn geworden.
Detail
Met deze techniek wordt geen lood gebruikt om het glas met elkaar te verbinden, maar wordt het glas rondom voorzien van een randje koperfolie. De verbinding komt tot stand door de koperfolielijnen aan elkaar te solderen. Op deze manier kan ik heel kleine stukjes glas als een puzzle in elkaar zetten.
Ik snij het glas volgens het ontwerp, maak de glasdelen schoon en ontvet ze. Vervolgens wikkel ik de randen van elk stukje glas in koperfolie. Het folie heeft een plaklaag aan de binnenkant. Als alle stukjes glas zijn ingepakt, fixeer ik de stukjes glas door deze op punten vast te solderen en dan soldeer ik de naden volledig. Als laatste kan met patina de soldeernaad worden gekleurd.
Ruimtelijk
Door koperfolie te gebruiken in plaats van lood, kun je fijner werken en complexere ontwerpen uitvoeren.
Tiffany werk is lichter dan glas-in-lood en het glas kan zowel plat als ruimtelijk kan worden gesoldeerd. De techniek is daardoor bij uitstek geschikt voor 3D-werk. Er kunnen lampen, raamhangers en tal van andere objecten mee worden gemaakt.
De keuze van het soort glas is afhankelijk van het ontwerp dat u in gedachten heeft. Zo kunt u kiezen voor glas dat niet doorzichtig is, maar wel licht doorlaat of voor glas dat én licht doorlaat én waar je doorheen kunt kijken of een combinatie van beide.